SPIJKENISSE/ALBLASSERDAM
– Veldrijden lijkt in Nederland steeds meer een ondergeschoven kindje te worden
en toch worden er in de winter talloze cyclocrossen georganiseerd. Hier doet
ook Andy Barendregt uit Alblasserdam vol overgave aan mee. Afgelopen zondag
behaalde hij in het eindklassement de derde plek in de Mol/Delta
veldritcompetitie.
Het vriest in Spijkenisse en de snijdende oostenwind zorgt niet voor verzachtende omstandigheden. Wel schijnt er een stralend laaghangend zonnetje. Deze omstandigheden zijn ideaal voor Barendregt. “Ik gedij goed bij een harde ondergrond, want dan komt er meer techniek bij kijken.” De technische kant van het veldrijden is dan ook zijn sterkste punt.
Hij beoefent deze winterse sport, die vooral
populair is bij onze zuiderburen, nu voor het derde opeen volgende jaar. “Op
televisie vond ik het altijd al mooi om naar de cross te kijken en bovendien
wilde ik wat doen in de winter”, vertelt de 33-jarige Damdorper met een twinkeling
in zijn ogen. “Spinnen vond ik maar niks, dus pakte ik de mountainbike uit de
schuur en begon ik zomaar wat veldritten te rijden. Ik genoot en besloot daarop
om zelf een crossfiets in elkaar te zetten.”
Straks als het wegseizoen weer begint zal Barendregt
zijn plek weer innemen in het sportklasse-peloton. Afgelopen jaar kwam dat
echter stroef op gang. “Ik had in de voorgaande winter juist teveel
cyclocrossen gereden en had mezelf geen moment rust gegund. Nu heb ik het
rustiger ingedeeld en rijd ik alleen de Mol/Delta veldritcompetitie.”
Volle
bak
En met succes. Voorafgaand aan de afsluitende
veldrit in deze competitie, die ontstaan is uit een samenwerking tussen de
wielerverenigingen Delta uit Spijkenisse en het Dordtse De Mol, staat hij derde
in het klassement. “Dat heeft ook te maken met de trainingen die ik volg in
Dordrecht. Dat is heel intensief. Je doet veel kennis van techniek op, want het
is allemaal draaien en keren. Bovendien moet je telkens volle bak aanzetten
zodat je tegelijkertijd aan intervaltraining doet. Er wordt gekeken hoe je
beter op je fiets zou kunnen zitten, hoe je op en af moet springen en hoe je
het loopwerk kunt verbeteren. Zo af en toe wordt er een tijdritje gereden zodat
je weet waar je staat.”
In het nagenoeg afgelopen veldseizoen kreeg
Barendregt veel te maken met blubberparcoursen. “Soms moeten we over schorsen
rijden en daar ben ik eigenlijk te zwaar voor, dus dan is het voor mij zaak om
zo min mogelijk terrein te verliezen. In technische stukjes door de modder ben
ik echter wel heel sterk. Voor het zand ben ik eigenlijk ook iets te zwaar,
maar gelukkig komt daar ook de nodige techniek bij kijken, zodat ik dat
enigszins kan compenseren.”
De laatste cross van het seizoen begint
moeizaam voor Barendregt. Hij mist zijn start, maar dan komen zijn technische
kunsten om de hoek kijken en na de eerste bocht ligt hij al op de derde plaats.
“In de eerste ronde zit iedereen maximaal in het rood, je gaat dan ver over je
omslagpunt. Daarna heb je je eigen plekje in het veld gevonden en rij je
constant op je omslag punt.”
Eenmaal moet Barendregt van de fiets omdat
zijn ketting eraf loopt. Op het razendsnelle parcours staat hij die derde plek echter
niet meer af. “In het begin was de ondergrond echt keihard, daarna werd de
bovenlaag iets zachter zodat je met gebruik van techniek heerlijk door de
bochten kunt glijden. Dat is echt genieten!”
Door deze fijne afsluiter mag Barendregt even
later de beker behorend bij zijn derde positie in het eindklassement ophalen.
“In september kijk ik uit naar de cross, maar nu ben ik toch wel blij dat we
weer bijna de weg op mogen”, besluit hij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten